De wroetstal
Duurzaam
De wroetstal is een duurzame voorziening omdat de dichtevloer met een dikke laag strooisel zichzelf van warmte voorziet. Hierdoor werkt de stal energiezuinig en hebben de varkens het warm genoeg.
De wroetstal
Een wroetstal geeft het varken de gelegenheid om z’n natuurlijk gedrag te vertonen. Een dikke laag strooisel zorgt voor een comfortabel ligbed waar de varkens heerlijk op kunnen rusten (ongeveer 18 uur per dag) en in kunnen wroeten. De varkens genieten van veel ruimte en veel daglicht. Varkens zijn echte groepsdieren. Het feit dat ze in de wroetstal in grotere groepen leven draagt dus ook bij aan hun welzijn.
De wroetstal
Kenmerk | Gangbaar | BLK 1 ster | KRULLvarken | BLK 2 ster |
---|---|---|---|---|
Leefruimte vleesvarken | 0,8 m2 per vleesvarken | 1,0 m2 per vleesvarken | 1,0 m2 per vleesvarken | 1,1 m2 per vleesvarken |
90% van vloeroppervlakte ingestrooid met strooisel | Nee | Nee | Ja | Ja |
Buitenuitloop Vleesvarken op beton/roosters | Nee | Nee | Nee | 0,7 m2 per vleesvarken |
Groepsgrootte | Minimaal 20 miv 01-01-2025 | Minimaal 20 en maximaal 32 dieren, is nu al geldig | Minimaal 20 miv 01-01-2025 | |
Castreren | Mag | Niet toegestaan | Niet toegestaan | Mag |
Natuurlijk dag- en nachtritme | D.m.v. daglicht of kunstlicht | D.m.v. daglicht of kunstlicht | D.m.v. daglicht via ramen/lichtstraat op ooghoogte. | D.m.v. daglicht |
Voer
De voeding van het varken wordt zorgvuldig samengesteld en is afgestemd op de leeftijdsfase waar het dier in zit. We onderscheiden 5 soorten voer:
- Speenvoer
- Biggenvoer
- Startvoer
- Tussenvoer
- Eindvoer
Het voeren van biggen/varkens is een samenspel van groei en darmgezondheid. Zo spelen onder andere de genetica van de zeug en beer en de voerstrategie in de kraamstal, biggenstal en wroetstal een rol in het samenstellen van het optimale voer.
Speenvoer wordt gevoerd wanneer de biggen nog bij de moeder drinken. Vaak wordt hier een papje van gemaakt zodat de biggen leren om brokjes te eten. Op het moment dat de dieren gespeend worden (biggen en zeug worden gescheiden) zijn ze gewend aan het eten van speenvoer en verloopt de overgang van melk naar voer beter.
Iedere fase in de groei van het varken heeft zijn eigen voer gericht op de ontwikkeling van de gezondheid van het varken en het produceren van een stuk kwaliteitsvlees. Het voer wordt opgeslagen in de voersilo’s die bij de stal staan. Ieder voer heeft zijn eigen silo. Alle varkens in de wroetstal worden gevoerd met een Computergestuurde Droogvoer Installatie (CDI). Hierin worden de voerschema’s ingesteld per diergroep en gewichtsklasse.
De varkens kunnen de hele dag over vers water beschikken. Ze leren drinken door met hun snuit tegen een drinknippel te duwen. Op deze manier heb je minder verspilling van water.
Strooisellaag
Het unieke van de wroetstal is de dichte vloer met een lekkere laag strooisel. Door deze strooisellaag hoeft de stal niet bij verwarmd te worden.
In de wroetstallen worden verschillende soorten strooisel gebruikt. Varkenshouders die ook eigen graanvelden hebben gebruiken hun stro ook weer als strooisel in de wroetstallen. Tevens worden er verschillende soorten houtkrullen/zaagsel gebruikt. Dit strooisel kan variëren van heel fijn tot heel grof en kunnen verschillend van kleur zijn, afhankelijk van welke boomsoort het gemaakt is.
De wroetstallen worden meerdere keren per week ingestrooid met nieuw strooisel.
Vaste mest
Onze wroetstallen leveren vaste mest. Achter in de stal is een mestgoot met een rooster erop. Hierop doen de varkens hun behoefte. De mest valt door het rooster de mestgoot in en wordt meerdere keren per dag naar buiten getransporteerd via mestschuiven die door de mestgoot lopen. “Met hun wroet- en speelgedrag werken de varkens gedurende de dag ook constant strooisel de mestgoot in, waardoor een mooie vaste mest ontstaat. Vandaar dat de Krull-boeren elke week een aantal keren het strooisel in de hokken aanvullen, zodat de hokken lekker droog blijven en er een dikke laag strooisel blijft om in te wroeten”. Bij vaste mest worden de mineralen beter benut in de grond tijdens de groei van gewassen en heb je minder uitstoot van ammoniak. Vaste mest heeft een hoog organische stof gehalte. Dit heeft een positieve invloed op het bodemleven. Het bevordert namelijk de plantengroei en is gunstig voor insecten, die op hun beurt weer voer zijn voor vogels en amfibieën en reptielen. We streven er naar om zoveel mogelijk mest uit te rijden op eigen landerijen of bij akkerbouwbedrijven in de buurt. De lagere ammoniakuitstoot merk je overigens ook op de Krull-bedrijven zelf: er hangt geen sterke ammoniakgeur in de wroetstal of buiten op het erf. Dit is niet alleen erg prettig voor de varkens, maar ook voor de boer en de omgeving.
Biodiversiteit
Biodiversiteit staat voor de verscheidenheid aan leven. Het omvat alle soorten planten, dieren en micro-organismen i.c.m. het ecosysteem waar ze in leven en de interacties daartussen. Binnen het Krullconcept vinden we het belangrijk dat we een positieve bijdrage leveren aan het in stand houden van de biodiversiteit, zodat ook de volgende generatie hiervan kan genieten. Alle Krullboeren dragen daarom bij aan de biodiversiteit op en rondom het erf. Dit doen zij o.a. door inheemse plantensoorten te planten, nestkastjes op te hangen, een hoogstamboomgaard op het erf te onderhouden, bloem- en kruidenrijke akkerranden aan te leggen, houtwallen in stand te houden, vogelnesten te beschermen etc. Veel boeren krijgen hierbij hulp van een vrijwilliger die ze hierin ondersteunen met kennis. Daarnaast wordt jaarlijks de voortgang van de biodiversiteitmaatregelen gemeten.